Bio-ethanol

De bio-ethanolmarkt

Een markt van de toekomst
Bio-ethanol geldt al lang als biobrandstof nummer één in de wereld en in de afgelopen jaren heeft de markt van bio-ethanol zijn snelle uitbreiding voortgezet. In Brazilië en in de Verenigde Staten is het toenemend gebruik van bio-ethanol als alternatief voor fossiele brandstoffen al jarenlang een vaststaand feit.
In de Europese Unie
legde de eerste richtlijn van 2003 inzake biobrandstoffen de grondslag voor de Europese productie van bio-ethanol. Ze wordt momenteel vervangen door de Europese richtlijn 2009/28/CE van 23 april 2009 in verband met energie die geproduceerd wordt op basis van vernieuwbare energiebronnen. In de context van de bestaande reglementeringen inzake biobrandstoffen voorzien de onderzoekers in deze sector een dynamische groei van de Europese markt van bio-ethanol.
Een groeiende wereldmarkt
Men schat dat van de 103,2 miljoen m³ ethanol die in 2011 wereldwijd werd geproduceerd, meer dan 80 % (86,1 mln. m³) gebruikt werd voor brandstoftoepassingen. De belangrijkste producenten van bio-ethanol zijn de Verenigde Staten met 54,2 mln. m³, gevolgd door Brazilië met 22,9 mln. m³.
In de Verenigde Staten wordt bio-ethanol hoofdzakelijk gebruikt als toevoeging bij benzine in een verhouding van 10 %. In januari 2010 zijn de Verenigde Staten met de introductie van E15 begonnen. In Brazilië wordt bio-ethanol als zuivere brandstof (E100) verkocht en ook in een verhouding van 20 tot 25 % met traditionele benzine gemengd. Ongeveer 90 % van de ingeschreven nieuwe voertuigen in Brazilië zijn "flexible fuel" voertuigen (FFV), wat betekent dat ze met normale benzine, met bio-ethanol of met een mengsel van beide kunnen rijden.
Een stijgende navraag in de Europese Unie
De richtlijn van 2003 inzake biobrandstoffen en de implementatie ervan door de lidstaten heeft geleid tot een voortdurende stijging van het gebruik en de productie van bio-ethanol binnen de Europese Unie.
In 2004 bedroeg de totale productiecapaciteit van bio-ethanol die beschikbaar was in Europa, ongeveer 576.000 m³. In 2011 heeft de productie van bio-ethanol die gebruikt wordt als brandstof het cijfer van 4,3 miljoen m³ bereikt. De nieuwe toepassing van de richtlijn 2009/28/CE voorziet een aandeel van 20 % vernieuwbare energie voor de volledige Europese Unie. Ze schrijft een verplicht percentage vernieuwbare energie van 10 % voor tegen 2020 voor de transportsector. Bijgevolg voorziet men een sterke stijging van de navraag naar bio-ethanol in de landen van de Unie. Deze laatste legt bindende objectieven vast op het vlak van energie die geproduceerd wordt op basis van vernieuwbare energiebronnen en schrijft een reeks criteria over duurzaamheid voor waar de biobrandstoffen aan moeten voldoen. De omzetting in nationale wetgeving moet nog plaatsvinden maar de Belgische doelstelling van 13 % is nu al vastgelegd. Men schat dat de navraag naar bio-ethanol in 2020 ongeveer 15 miljoen m³ zal bedragen.

Naar het begin van de pagina